de verte roept mij

achter ogen beelden
van heuvels waarop wind
sneeuw waait door de jaren
over schier eindeloze daken

vanaf de zee zweeft wit stof
in binnenruimtes en ik droom mij
in een wereld die ik vul

ontvouw uren
wijl voor de ramen
motregen vanuit de hemel
door mensenlege straten drijft

en ergens schep ik thuis
een andere werkelijkheid
in een vreemde taal
en in een andere tijd

de verte roept mij
en in zijn afstand
verliest elke herinnering
zijn verlatenheid
*********************
sunset 01-06-2018


 
ik herken elk woord
 
mijn longen vol met water
trekken mij, als doopvonten,
omhoog naar dit aardse

hol klinken stemmen
ondergronds
toch herken ik elk woord

van mijn geboortetaal
*********************
sunset 01-06-2018


schilderen met woorden

kleuren springen mij tegemoet
druppelen, strelen, bekoren
brengen hun tijd door in de lucht

zij lopen door en over elkaar heen
wanneer mijn hand beeft
en ik krijt breek, houtskoolstiften

uitveeg, verbeter en lijnen trek
brede halen met een penseel
tot uiteindelijk alles samenkomt

in balans

[als in slow motion, mijn hand
strelend over elk vel]
*********************
sunset 02-06-2018



voor jou

van elke dag blijft er slechts ‘s avonds
een gezicht, heel misschien een naam
onder de sterren van de hemel hangen
- mij trekt de nacht naar beneden
en in mijn handen zweet een meer
ademt in om hemel te verslinden

later heerst er duisternis
in het geflonker van de roemers
- als mens te eindigen, als God
of simpelweg als het gevoel
opnieuw te worden geboren
en mijn naam weer te spellen

wat wanneer ik altijd vroeger terugkeer
naar het uitzicht op mijn jeugd
vanuit elk venster in het water vervloei
tot in vreemde zeeën
die ik hoop en liefde doop

wanneer zout tussen de dijen
dromen conserveert en ik nieuw ontsta
ligt toch reeds in de tijd het oneindig verlangen
om op een dag rugwaarts te lopen
naar moederschoten die mij telkens baren
tot zelfs stenen mijn naam in het zand schrijven

ik mijn eigen echo ben,
voor jou 
*********************
sunset 02-06-2018

nachtopening (parktheater, Herman van Veen)

lichte regen, een gevoel
en magere nevelpaarden
krap over de grond

daarin wij, geborgen
als treurige figuren
van een leven
onder een boom
die blijft
over het gele water

door ons zeilen
gestukte muren
in de nachtopening
met open mond
die zegt dat hier
de weg ten einde loopt

en in het mos
op mijn voorhoofd
schrijft een wind
leesbare zielsroerselen
*********************
sunset 03-06-2018



misschien had ik beter

hopelijk sterf ik een vredige dood
want op het podium van het leven
smaakt elke afgebroken communicatie
elke uitgestoken tong, bitter

[misschien dat ik beter
een andere kunstvorm had gekozen
dan het dichten om mij te uiten
iets, dat mij toestond mij te verlieven
op plaatsen waar ik eenzaam was]

nu is het eender en zal zich niemand
mij meer herinneren anders dan jij
die ene verwante ziel die net als mij
leeft en lieft; en niet alleen in poëzie
*********************
sunset 03-06-2018



open haar, woordeloos

tijd heb ik nooit vermist
hoogstens verloren
terwijl het leven niet eenvoudiger
noch gemakkelijker is
- al vraagt daar niemand naar -

kijk ik de stroom na
wandel door het woud
dat anders klinkt
meer schaduw kent

’t leven is als een boom
die altijd is
en waar hij groeit
blijft elke hemel helder
zelfs onder ’t water

ik kniel neer aan zijn stam
streel zijn bast
laat elke storm
die mij regen in het gezicht blaast
aan mij trekken

[de rivier mondt uit in de zee
meeuwen vliegen op
het woud, het leven, de liefde
waar is het weten van gebleven?]

ik trek mijn hand terug
en open haar, woordeloos
*********************
sunset 04-06-2018


voor altijd samen; beide

het tegenlicht in rozentuinen
trommelt water in de bron
regent over felgekleurde bloemen
in schittering van namiddagzon
het rozegeel van ’t jaar

een silhouet staat stom
en onbeweeglijk in het geklater
en op de hoogte van mijn ogen
flitst er een zilveren straal naar mij
als ’t licht van een vuurtoren

de hemel wervelt jaargetijden
wordt helder rond de maan
en in de korenvelden

blijf bij mij zoetgeurende bloem
dat ik je pluk of, liever nog, mijn lief,
mij plant, heel dicht naast jou

voor altijd samen; beide
*********************
sunset 04-06-2018



muze, mijn lief

muze, mooie zachte wilde vrouw
wulps op het bed liggend
met achter haar niets
dan uren lust en diep verlangen

mooi teder heuvelig
landschap uit vlokkend schuim
of toch enkel
simpelweg verliefd of …

mooie wilde zachte muzevrouw
met achter het bed niets
dan uren wulpse lust
en dan dat mooi teder heuvelig
schuimend landschap of toch
simpele verliefdheid

of …
*********************
sunset 05-06-2018



en ik in jou (parktheater, Herman van Veen -2-)



weer verwaait het moment
in mijn geheugen een melodie
als drug, vervanging voor een stem
die langzaam stiller wordt
om heel traag uit te sterven

[de pen krast een kleurloos spoor
op het maagdelijk pa
pier
en leidt uiteindelijk tot niets
wendt zich, keert en breekt dan af
zonder iets te dichten]

maar zij, een hand op haar schouder
zingt en danst
en laat mijn ogen glanzen;
ik wacht met ongeduld
tot haar traan stiller wordt

en ik in jou
*********************
sunset 05-06-2018
 


 

aflandige wind

aflandige wind
drijft mij in zee
ik zwem
in open water

hoop op een rif
van woorden
als blauw eiland
in wiens duinen
bremstruiken branden

vergeef me
dat ik niet anders kan
dan oevers
te laten staan
alles achter te laten
op het strand

ik zwem
in open zee
aflandige wind
steekt de brand
in de duinen

drijft mij voorwaarts
op het weidse
deinende water
*********************
sunset 06-06-2018



traag verzanden kleuren

traag verzanden kleuren
de dag trekt zich terug
in avondlijke uren

schemer ontneemt
alles zijn vaste contouren
en hier en daar
treuzelt een zonnestraal
nog in een waterplas;
ergens, in de verte,
rumoert de stad

wanneer ik naar buiten stap
murmelen zachte lettergrepen
in het struikgewas
*********************
sunset 06-06-2018



  

middagbloem

[het is eenvoudiger
je niet te verzetten
tegen de golven]

woorden liggen,
als verre eilanden,
in een eeuwige nevel

in de stenen muur
opent zich een middagsbloem
vogels komen om te zwijgen

en met oplichtende inkt
schrijf ik voor jou zinnen
die elkaar reeds lang kennen

tot wind komt opzetten
de geur van vallende regen
door mijn verwoording trekt

en een middagbloem
zich om de dag sluit
hem beschermt

tegen elke opkomende storm
*********************
sunset 07-06-2018    

 
poëtica

die schommel in het park
als pendel van een staande klok
wiens cijferblad niemand vermist

dát moment dat wapperende vlaggen
zich in spiegels veranderen
ons het gezicht van de wind tonen

de cirkelzaag die een weekend lang
aan de uitlopers van bomen knaagt
waar hij de wolken deelt

licht dat in scherven uiteen spat
wanneer glazen
op de grond vallen

- krekels vertjirpen stilte
waarin uren sijpelen
niemand weet waar zij verzamelen
 
vermoeden doe je het eerst later
wanneer het herinnerde
als poëzie uit je hart stroomt
*********************
sunset 07-06-2018
  

echt groen gras

vensters als omkaderingen
van liefdevolle plaatjes:
een bontwandtapijt,
mijn muze, mijn liefste,
een orchidee

ik struikel over schoenen
van in het park spelende
kinderen die gras verkopen
[echt groen gras, midden in de stad!]
en anderen die boeken stuk lezen
op zoek naar hun verhaal

rest de vraag waar de zomer staat
in de hitte van deze junizon
*********************
sunset 08-06-2018
 

wat blijft is het blijven

onweer dat heel kort slechts
de horizon laat wankelen
en alle rotzooi aanspoelt:
een matras waarop twee slapen
’s ochtends zich uitbundig lieven
om daarna gelijk weer in te slapen;
vergeelde botten van een meeuw
zo licht dat een wind ze wegdraagt

wij zullen alles nieuw terug zien
want niets gaat werkelijk verloren
ook al vluchten wij in schaduwen
in polsflauwtes naar ons laatste adres
dat niet meer veranderlijk is,
blijft het toch slechts een probeersel
alles te vereffenen en te verdwijnen
want alles blijft, zelfs dit uitwissen

want net zo als alles blijft,
blijft simpelweg het blijven
*********************
sunset 08-06-2018
 

geen woord is meer gedicht

staand op het strand aan zee
zie je nog slechts een meeuw
in d’ eerste avondschemering
wijl tijd heel stil vertraagt

vecht met het juiste woord
dat nog niet is geland:
geluk, hoe ‘t ruist en brandt
een lach op mijn gelaat

en het onzegbare blijft
beelden opstapelen
tot een intens diep zwijgen
- geen woord is meer gedicht 
********************* 
sunset 09-06-2018



en elke seconde

op een regenachtige zwoele avond
open ik mij voor jou
opdat jij eindelijk wenen kan

‘k breng jou van zwart naar wit
en met mijn handen
schuif ik vredesduiven
hoge bergen op

een witte hemel breekt open
en wiegt ons in slaap
lente stormt onze harten binnen
verzinkt elke schaamte

de uren beginnen te zweten
waar mijn lid de zomer in jou ontbrandt
snelt elk zwijgen ijlings weg
verzamelt dagen, maanden, jaren
zelfs nachten die wij vergeten

en elke seconde die ik je sinds toen niet zie
*********************
sunset 09-06-2018



ik sterf door mijn verlangen, lust

vertewoorden zoals ontrouw
religies, waterplassen
verzamelen en verschemeren
net als ’t eenvoudige gemak
waarmee ik kinderen
uit de klei trek (mezelf incluis)
jou in mijn huis roep

mijn aders branden leeg
en dit gevoel stroomt over
toch is het zand in d’ ochtend
nooit meer nat
ondanks dat ‘k tranen ween
wanneer de dromen komen
ik lig te woelen in mijn bed
soms zelfs niet durf te hopen

duivels dansen op ‘t plafond
en ‘k staar met open ogen
die niets zien;
sterren, maan zijn slechts
wat puntjes in een hemel
die ’t sombere van nacht
meeneemt tot in de dag

waar zelfs de zon
niet vrolijk schijnt noch maakt
en ’t opgewekt gekwetter
van vroege vogels
stil valt nu ik het lied mis
van wat bruist in aderen
mij elke adem neemt

ik sterf,
door hunkerend verlangen
en de lust
*********************
sunset 10-06-2018


 

herkenbaar zoet

het verleidelijke bonte
van weinig verhullende damesbloesjes, rokken
die langs terrassen zweven
en mannenblikken trekken
als vliegenlijm

licht dat om joggers trappelt
door het geroezemoes van leven
op zonovergoten pleinen
al liggen nog wat schaduwen in plassen
die van het gisteren-onweer zijn

en deze zondag, voorbestemd
om weer te smachten in de uren
waarin vlinders mijn buik bevolken
- in hun gefladder leeft, herkenbaar
zoete liefdespijn
*********************
sunset 10-06-2018



Wijbosch-Schijndel, Casa del Arte

traag schuift de boom mee met de zon
die zich verstopt voor bleke huiden;
een snoer is veel te kort, zegt zij
en kleurt nog ietwat luider

haar ogen spieden rond
zij zoekt de dichter die op 't briefje staat
benoemt als onderwerp Casa del Arte
haalt vrolijk namen door elkaar

zelfs het gewicht, niet te bepalen
maar slechts als voedsel voor de ziel
is 't daar vandaag heel graag te halen
liggend en luierend op ’t gazon

zelfs tussen twijgen groeien glazen
waarin zich 't licht weerspiegelt
poëet en mens elkaar diep raken
- ik zwijg en dicht en luister
*********************
sunset 10-06-2018, Wijbosch-Schijndel



alles, en toch ook weer niets

eindelijk liggen wij in bed
benen eng ineen verstrengeld
zoals lange woorden,
volkomen onbegrijpelijk

al hebben wij daareven
ons nog langdurig heet gekust
en stroomt het vuur
nu door de lendenen

ogen verdonkeren
en ook de maan gaat langzaam onder;
wat blijf is alles
en toch ook weer niets

en onze hunkerende lijven
*********************
sunset 11-06-2018


weekend

een warm windje
bindt bomen aan het gras
de vers geveegde hemel
en mijn beslommeringen-vrij hart

ik zet mij neer
kijk als door een zonneblank venster
werp mijn gedichten naast mij neer
zie opgewekt de mensen
die hier genietend liggen

‘t is weekend
en nog steeds
vroeg in de middag
*********************
sunset 11-06-2018


liefde, enkel nog liefde

[spring in het rond
om een boom te planten
een lantaarnpaal]

jaren heb ik slecht geleend
dus neem ik drie in één keer
en doorkauw grondig
wat voor mijn voeten valt

elke tand telt
spuw het afval uit
en drink de zoete wijn
diep in mijn lijf
tot in mijn hart

liefde, enkel nog liefde
*********************
sunset 12-06-2018


en soms ook nog

uit de hemel druppelt regen
en ik heb wolken in ‘t vizier
meeuwen tuimelen in de wind
- witte, geen zwarte -
en op de duinen ligt een dunne laag
onbeslapen vermoeidheid

op het schip voor mij branden lichten
sommigen knipogen achter gordijntjes
en natuurlijk is daarachter nog iets
vluchten wolken naar de open zee
waar reeds schepen drijven
net als gevoelens: te ver, te dichtbij

en soms ook nog te pijnlijk
*********************
sunset 12-06-2018


voor mijn liefde

in levensechte beelden
schilderen wat
geen enkele zin [heeft]

heel vaag slechts
in ’t verwachten
veranderen levens

gelden weinig meer
dan verre lege
hulpeloosheid

de liefde echter
houdt wel vol
al is wat blijft
niet meer dan
slechts één mens,
misschien

en jij

*********************
sunset 13-06-2018


de Middellandse zee


roomwit nog ‘t lijf
als achtergrond van ‘t beeld
een groot deel
azuurblauw gemengd:
een veelvoud jij

verwaait in wind
gespiegeld op het wateroppervlak
als werveling
meer, of misschien minder
illusie dan vermomming

de zee
*********************
sunset 14-06-2018
Barcelona, Middellandse zee



alsof zij engelen waarschuwen

waar immer ik ga
werpt mijn ouderlijk huis
zijn schaduw over mij
niets kan honger naar liefde
ooit nog stillen,
niets de herinnering
aan ijsdolken in mijn hart
ooit nog wegnemen


mijn ogen zoeken naar vlinders
naar ooievaarssnavels
om pijnvolle zwellingen te verlichten
wat echter niet gebeurt
omdat tussen betonkolossen
geen echt gras meer groeit
dat om onderhoud vraagt

in sommige vensters
zie ik het hele jaar door
nog kerstverlichting branden,
net als vuurtorens
gaan de lampjes
constant aan en uit

alsof zij engelen waarschuwen
voor hun val
*********************
sunset 21-06-2018
(Rome 15/06/2018)


onze zielen liefste

het volle blauw van rubberbootjes
verweeft zich met dat van de hemel;
jonge vrouwen schudden hun haar
als stralend goud over hun schouders

mijn verhit voorhoofd neigt
naar het koele volmaakte van deze wereld

[zo immens is God
zo niet te bevatten groot
dat Hij geen deur nodig heeft
maar zich opent
wanneer ik met mijn hart aanklop]

onze zielen liefste, zijn murenzeilers:
steeds weer strijken zij rakelings
langs sterren en eeuwigheid
*********************
sunset 24-06-2018
Bodensee


kijk naar buiten

water glanst in mijn oog
en forellen dansen tussen tenen
en gevallen boomstammen

met de zon in mijn rug
klim ik uit het venster
recht in doorschijnende koelte

[een gedicht opent zich niet
door er alleen binnenin te kijken
heb je er geen enkele greep op]

kijk naar buiten waar de nacht
meer houdt van het licht van sterren
dan van eender welk duister
*********************
sunset 25-06-2018


zelfs daarop ben ik voorbereid (opgedragen aan de liefde)

jij houdt van zon en strand en duinen
ook al kan wind aan zee ´s avonds scherp bijten
en wil ik niet verkouden worden
dus delen wij heel knus een plaid

wij genieten van dit onderkomen uit dromen
waaronder wij de donkere uren,
waarvan ik de namen niet zal vergeten,
intiem en veilig doorbrengen

overigens, het is goed mogelijk
dat dit nooit echt gebeurt
zo dichtbij het strand
de duinen en de zee

zelfs daarop ben ik voorbereid
*********************
sunset 25-06-2018


vrij, glad en sereen

het uitroepteken is groen
noemt zich boom
en na enkele passen
planten wij onze handdoeken
onder het lover
stichten wij onze republiek
van naakte lijven

eerste burgerplicht: het uitrusten
in schaduw van zonnezeilen
zeggen de liefdestongen
die zich onvermoeibaar verenen

vrij, glad en sereen zijn de golfjes
die rustig kabbelen in de wind
*********************
sunset 26-06-2018


doldwaze legale toestand


jouw parfum heb ik begraven
en het spijt me niet
dat ik ruzie met de wind
hij geurt niet naar jou

jij kunt bezweren
dat ik niet strijdlustig ben
integendeel, ik schep vrede
tussen berg en zee, dag en nacht

heb jij mij onmiddellijk aanvaard
al zijn alle symbolische handelingen
enkel maar afleidingen
net zoals de tangengreep om mijn neus

wanneer ik in de volgende golf duik
en enkel nog via longen adem
de gevolgen ervan lachend aanneem
in dit lucide moment

of hoe noem je anders deze doldwaze
legale toestand van verliefdheid
*********************
sunset 26-06-2018



traag dicht gedaan

reeds uren geleden
heeft de dag zich ontbladerd
aan de horizon

in vertes gekeken
naar het woud en de maan
traag dicht gedaan

langgerekt dreint nog een stem
al hoor je sedert een eeuwigheid
niets van wat hij zegt

zijn echo dreunt verlaten
in nachten in mijn oor
en in mij wordt er nagedacht

iets wil naar buiten
edoch zweven sluw
oorlogszuchtige schaduwen
heen en weer ervoor
*********************
sunset 27-06-2018



beelden, metaforen
- schrappen! -
maximaal twee, drie
per gedicht

en geen melancholie meer
geen tranende ogen
enkel nog maar staccato

vanaf nu geldt
kort en krachtig

of toch niet?
*********************
sunset 27-06-2018


als lof, of ook als hoon

op mooie wonderdagen
op hellingen van ogen
liggen roerloos in de stonden
de nachtelijke uren

adieu het avondgluren
in ’t luide spraakrevier
en waar de bladeren vallen
verdwijn ik ver van hier

droom verder tot in d’ ochtend
illusies waarheid worden;
nog draaien sterren rondes
en houden stil de wacht

tot zij heel traag verbleken
als lof, of ook als hoon;
de zon zal weder keren
laat vogels zingend spreken

met zomer als hun loon
*********************
sunset 28-06-2018


moedertaal

mijn lijf, zwaar in het vocht
wordt krachtig door doopschalen
getrokken naar dit ogenschijnlijke
ondubbelzinnig zware leven

diep klinken stemmen uit verschillende bronnen

en toch herken ik elk woord
van de taal waarin ik ben geboren
*********************
sunset 28-06-2018


lopend naar de nacht

dromend aan ’t geopend venster
waar heggen en struiken zomers pralen
in een geur van weelderige bloemen;
hun blaadjes schommelen
als bonte bootjes in een haven

nog spiegelt het water bladerrijke kronen
zeilen wolken traag richting kim

naast de bomen staan de uren
netjes roerloos op een rij
wanneer de hemel ’s avonds naar de nacht loopt
niemand nog door deze stonden gaat

omringd door talloze steren
knipoogt de maan olijk naar mij
*********************
sunset 29-06-2018


al ben je steeds hier

soms zie ik jou
dansend op schuim-gekroonde golven
de blik gericht op verre meanderende lichten
daar, waar totale vrijheid ligt

dansend met zout-bekorst haar
en open mond
voegt de betoverende stilte
jou als nuance toe

jouw handen, verlangend reikend
naar de onuitputtelijke beker van liefde
zie ik jou soms als een schim
verwaait door de opkomende wind

ik wil jou vasthouden, grijpen
ook al ben je steeds hier
*********************
sunset 29-06-2018


het driften naar

wij naderen ons steeds meer en meer
reiken schalkse glimlachjes naar de andere
die elke weerstand breken

tedere aantrekkingskracht wordt
een driften naar oplichtende witte plekken
op verder zongebrande huid

hongerend naar het beroeren van naakt
tijdens ons intieme dansen
draaien wij niet langer om elkaar heen
*********************
sunset 30-06-2018



waterflessen hongeren zich dorst

tussen schaduwbeelden vliegen dag-stille vogels
verdelen vleugelfluiten aan alle kerkhofbanken
tot deze zich teder in de lucht begeven

waterflessen hongeren zich dorst
en de zon dwingt grauwe muren zich te tonen
die anders toch maar in de aarde slapen
geloven dat zij reeds vervallen zijn

in grafdromen fladderen nacht-luide nachtegalen
hun gezang als honderd cello’s die zij in onze monden werpen
klankruimtes dwingen zich onweerstaanbaar uit oren

geesten bewasemen graag het leven
maar wij echter eten ijs
laten genoegzaam onze vingertopjes
plagend over onze warme lijven dansen
*********************
sunset 30-06-2018