ik ben een ingezetene (uit: vroeger)


achter de boerderij, het dorp
en de velden waarna de wereld stopt
in de bossen blaft niets
anders dan in de verte een ree

joelen vossen tegen een tobbe
uit blind overgangsmetaal
waarin wij, volgens ouderdom
ons elke zevende dag
als in een bijbels ritme
vuil onderdompelen

in het schijthuisje is liefde gezaagd
een hart in het bleke groen
waar de vliegen doorheen schieten
aangetrokken door de menselijk stank

het aren-volle koren
wiegt zich tot in de horizon
en de hond jaagt zijn staart achterna
hij stamt af van wolven

ik niet, ik ben een ingezetene
hier als kind gestorven
ofschoon elders geboren
*********************
sunset 02-03-2020


in het verdergaan van de dag

ochtend als een lichtende spoor
trekt weldra hier dan daar
over slapende daken
er tussen in al een scheur
waar het blauw van de hemel
te voorschijn komt
een correctie van wolkenwanden
uit gebundelde rondingen
op grijs toegespitst
en bijna kijk-dicht

beneden worstelt de mens
buigt zich, strekt zich
luistert, vergeet en zoekt
al het verloren gegane:
een esdoornblad, een vergeten woord
gemiste penseelstreken
en de rest van gevallen zinnen
- in het verdergaan van de dag
rijpt liefde in hem
en boven hem blijft de hemel staan
*********************
sunset 02-03-2020


die wat met mij doet

op het open veld rust de dag
beroert je zoals een kleine teen het water
en het oppervlakte wordt doorkruist met ringen

dit is een heel fragiele plaats
oude berken, bladgoud over alles
en moment na moment aan elkaar geregen
als parels van een halsketting

hier tast zich iets voorwaarts
die anders ver van elkaar, elkaars tegenpolen zijn
en ik, ik ga tot op het einde van elke twijg
elke grashalm

zet een stap, en nog eentje
en alsof ik twijfel, zwijg
wanneer de zon door mijn vingers vloeit
ga ik verder

tot ik aankom op een plaats
die mij, het, wat
met mij doet
*********************
sunset 03-03-2020


diep, heel diep in mijn hart

brugpijlers steken uit de grond
door struiken en jonge boompjes afgeschermd
hen is de tijd afgenomen
en slechts een steenworp verder
spreidt een huis leegte tentoon

maart behangt zich reeds met vers groen
en in boomkronen twaalf duiven
zij verheffen zich met veel vleugelgeklap
door twijgen waarvan enige breken
leggen veren in een graf

opdat de ziel hen draagt zoals in een gedicht;
dergelijke woorden ontspruiten aan mijn zwijgen
dat zich een weg doorheen het brede waagt
het vuur daarvoor brandt reeds mijn hele leven
doorheen mijn ogen, mijn hand

waarin mijn pen ligt, groot en stil
en ik me alleen nog maar aankijk
diep, heel diep in mijn hart
*********************
sunset 04-03-2020


niets nieuws onder de zon

altijd nog sterven mensen
zoals vliegen op een mesthoop
aan het gestank van fanatisme

de wind uit de woestijn
een woud van grafkruizen
velden vol kleine heuveltjes
herinnering aan de gestorvenen

onder het puin van actie en reactie
liggen dicht-genagelde zerken
en elke dag, reeds sinds de oudheid
eens hier en dan weer daar
bespuwd iemand het licht
*********************
sunset 04-03-2020


zacht lipten van de monden
woorden in een lucht gestrooid
om ons heen eeuwige getijden
klokken die hun lied ons luiden
niet in toorn maar verlangend
wijl wij in het groen neerzinken
stormzeeblauw en goudlichtbruin
waar wij in elkaar verdronken
elk in d' andere ogen blonken
nu de lente herfst ontdooit
*********************
sunset 05-03-2020


heb ik een andere keus

[en de foto viel uit zijn houder
het glas brak en het beeld ook
ofschoon ik het in zijdepapier
heel voorzichtig had ingepakt]

deze stroom die leven is, wandelen
en toch ook de hemel
een kelk gevuld met psyche
die niet enkel het gegiechel is van meisjes
maar ook reeds het beven van hen, ouder

niet slechts huidschilfers, snavels
tanden van leve-wezens
maar ook hun wondermooi namen:
olifant, pauw, tijger, zwaan
en hun liefde voor elkaar
de omslachtige voorbereidingen, af en toe
voor hun eigen dood

en het lijkt alsof een sierlijke God
dwalend door de nacht
en vertwijfeld door dorst
zich bukte en per vergissing
een pollepel in de stroom heeft laten vallen
die daarna wegdreef
samen met het bewustzijn, onze herinnering …

overduidelijk, hier gebeurt het
zonder twijfel, ooit, ergens
in deze kleine woning
legt men de gekwetsten naast elkaar
en hun tranen zullen van etage na etage
naar beneden stromen

reeds zijn hun geesten hier
in deze kamer samen met de kapotte foto
gewikkeld in zijdepapier
en op een dag buig ik mij uit het venster
en zie een heel lange stoet die mij nadert

[en waarvoor ik de deur zal openen,
welke keus heb ik anders,
ofschoon niemand van hen reeds geboren is]
*********************
sunset 06-03-2020


koel lag de dauw

en toen heel traag
de nacht begon
kwam er het zwijgen
mij in de zin
en plots ook het begrijpen

koel lag de dauw
er was geen denken
enkel slechts tonen

wachten en kijken
*********************
sunset 06-03-2020


en dan mijn liefste

wees niet bevreesd
gooi je herinneringen
over mijn schouder
en ik, ik draag ze wel voor jou
daar waar jij eerst
hen op je schouders droeg
en wegging
door een heel koud land

en wij ontmoeten ons
tussen de donkere dennen
dicht bij bevroren oevers
waar sneeuw nog maagdelijk is
en waar de laatste bessen
het woud veredelen
en dan, mijn liefste
leven wij
en wachten op een boot
*********************
sunset 07-03-2020


de dagen enterend

kom, stap met mij
in ’ t wolkenschip
zeilen zijn gehesen

verschijnt de maan
jou als een rif
wees niet bevreesd
de boot is zacht

sterk waar hij ons omhult
en ons beschut
tegen de nacht

hoog in de hemel
als een komeet
enkel wij twee
als blije vracht

de dagen enterend
vogelvrij
*********************
sunset 08-03-2020


leven is een hinkelspel

ik werp de steen, hef mijn been
en spring in velden die levend zijn
concentreer me op de mogelijkheden
zie horden die genomen moeten worden
en op de lijntjes trappen telt niet
één, twee, drie

ik werp de steen, hef mijn been

soms is de liefde warm
als een wollen plaid
met een riem uit tederheid
die als een strik om twee mensen hangt
waar men knuffelen kan
zittend op de bank of soezend
in zonnestralen die neuzen kietelen
harten die hetzelfde ritme slaan
en waar begeerte sluimert
slechts af en toe een beeld stuurt
dat vlinders fladderen laat

soms is de liefde heet
brandt zij in haar en mij
dan brengt de lust
elk denken tot een zwijgen
oog-aanrakend, lijf-verzinkend
diep in elkaar woelend
[ik wil jou, zeg ik
en zij antwoord, neem mij]
voelen, vermoeden, ’t universum
zonder vragen noch angst
opgelost, verdronken
in vochtige extase

ik werp de steen, hef mijn been
*********************
sunset 09-03-2020


tranig, droevig

’s nachts fluiten in havens
masten van boten
die vervuld zijn van
een heen en weer
een op en af
van metalen klanken

een vuurtoren doorpriemt
azuurblauw het duister
als een splinter van de dag
die in de nacht vast zit

in de ochtend daarna
bijna volkomen stilte
met slechts hier en daar
wat gemurmel van de wind
die zich in de eerdere uren
in de bomen verving

levenloos tussen  twijgen
het meer: tranig, droevig
alsof zij rouw draagt

en ik val er in
in de stille winden
van het meer
hang tussen twijgen
van bomen op haar oever
tranig en traag
alsof ik rouw draag
zoals alle zeilen
in de haven

van ergens vandaan
komen woorden
als een zacht gefluister
*********************
sunset 09-03-2020


in het ongewetene
leunen dagen
zich aan de nacht
verbergen verlangens

in mijn ogen
straalt liefde
en mijn mond
slaat jouw adem op
*********************
sunset 09-03-2020


wie weet alles al

ik luier doorheen nimmer werkelijke tijd
doorkruis condensstrepen
tussen klanken grauw en blauw
zet mij midden tussen hen in
en doorzoek hen op waarheden
[wie weet alles al na zoveel eeuwen]

ik herinner mij stenen leeuwen
wankelende torens en hoge brede poorten
sta aan het strand van een oceaan
bedekt door een wolkengebergte
met een oppermachtige zon erin
die het hemelgewelf deelt

aan één van haar stralen
bengelt een spin naar beneden
zeven van haar acht benen
eindigen in het spitse van een veder
het achtste been in een potje inkt
en de zeven benen kribbelen onophoudelijk
driedimensionale letters in de ruimte
om in het volgend moment
de veder in de inktpot te doppen
en weer en weer verder te schrijven
tot de letters mij omsingelen
mezelf van alle woorden beroven

daar, in de avondlijke werkelijkheid
voor al die stenen leeuwen
het onwerkelijke wankelen der torens
waar een ijverige spin
mij over mijn afkomst vertelt
*********************
sunset 10-03-2020


op zachte dagen

de weg verstopt zich
stappen worden simpeler
schaduwen lichter

aan de rand van het woud
hurkt een eenzame hut
haar vensters werpen ogen
en het hout spendeert
een leemkleurige reuk

sporen duiken op
slingeren zich aan ons voorbij
trekken herinneringen uiteen

op zachte dagen
vergeet ik alles beter
*********************
sunset 10-03-2020


jij houdt mijn hand

traag beïndigt
de winter zijn ademen
legt een schemer van lente
over mijn gemoed

wij hebben velden ingezaaid
en regen bezongen
nu werpen wij ons
dansende schaduwen toe

in nevelen nog
momenten van zomer
waar jij mijn hand houdt
het hele jaar door
*********************
sunset 10-03-2020



de eeuwigheid in

een man staat
in de vensteropening
tussen de dakbalken
en in het keldergat
verliest in elk licht de ruimte
schrijft zonder inkt
schrijft dat hij niets bezitten kan
niets meenemen

’s nachts de slapeloosheid
het wegkruipen in liefde
daarbij elke last benoemend
versimpeld toch ver-eend
in ’t spiegelbeeld liggen
door diepe droefheid
het naakte lijf gekromd

zwerend op de laatste zonde
als meerwaarde vroom lachen
slaat hij zich in die momenten
de eeuwigheid in
*********************
sunset 11-03-2020


jij bestaat drievoudig

hoe weet jij
wat boven, wat onder is
de zon in je knieholte
vogels in jouw haarwortels

jij bent als de voornaam
van een lieftallig meisje
en het eerste wat in mij opkomt
zijn wolken kikvors vijver

zonder enig plan noch slaap
vergeet ik jouw naam
wijl jij toch op mijn tong ligt
zwaar als een wie-woord

jij bestaat drievoudig:
eenmaal als schaduw
ontsnapt in de hoogte

eenmaal onzichtbaar in het licht
en als laatste voor mijn raam
over het huis uitstekend
weet ik weer wie je bent
*********************
sunset 11-03-2020


alsof wij ons nog nooit liefden

de neonreclame spuit haar geel
op het voetpad knipogen enkele beeldschermen
flikkerend in de plassen

de stad ademt echter verkeerd
bijna rustig en monogaam
op de marktplaats groet in het duister
de silhouet van de kerktoren

alles schemert alsof toevallig ensceneert
alleen voor jou en mij en ik kan hen voelen
alle vreemde verwijtende blikken

en terwijl buiten winden beuken
aan de bomen schudden
voel ik reeds in gedachten het komende

hoe vlinders proberen op bloemen te landen
voel jouw honingadem in ’t uitbundige weidegroen
- wij kussen elkaar alsof wij ons nog nooit liefden
*********************
sunset 12-03-2020


hemel ligt onder aarde

een doorwoeld bed
als vroeg lenteveld

hemelt ligt onder aarde
neigt zich aan hemel

tussen twee ademstoten
geboorte van een wolk

een regenboog
tussen jouw dijen
*********************
sunset 13-03-2020


zalige hemelse vrede

beelden dringen zich op
dwingen zich in de openingen van de dag
nooit is een vlucht voor hen ooit gelukt

geluk, deze schuwe bezoeker
vol met geheimen vanuit mijn jeugd
verdwenen naar de andere zijde van dit leven

vanaf heuvels roept en wenkt hij mij
- dat is tenminste een begin -
nu de tijd zwaluw-hoog zweeft

zij heeft een loodlijn in haar hand
en ik hang aan het einde ervan
pendel heen en weer over de diepte

niets verstoort de stilte
enkel het zoemen van de eerste insecten
als de lectuur voor flanerende bloemenvrienden

een zachte windstoot is voldoende
en het regent bloesems uit de bomen
niets verstoort deze zalige hemelse vrede
*********************
sunset 13-03-2020


corona, zeven dagen op zeven

reeds  bij ’t ontwaken, de blik uit het venster
de sterren weg, zij zijn gaan slapen
en bovendien is boven alles grauw

aan het ontbijt een zwijgen, soms lachen
een luisteren naar het laatste nieuws
en op de nieuwste cijfers wachten

nu naar buiten, anderen bezoeken
edoch de wens blijft vader van de gedachte
dierbaren knuffelen moet nog wachten

voor ’t venster wiegt heel stil een boom
de telefoon gaat tweemaal over, zwijgt
dees toestand is helaas geen droom
*********************
sunset 14-03-2020


dan, ja dan …

pas wanneer ik mijn dromen vallen laat
de handvolle gedachten, het totale vlinderen
van mijn vingers op een naakte huid
wanneer ik vermoeidheid duidelijk maak
het ademen aan een koord, de loop van een pistool
tot aan de trekken nieuwsgierig
wanneer de steile carrière van mijn nek
enkel gek maakt, het been vreemde gedachten
verlamt als een luid schouwspel
dat mij ontslaat uit deze waanzin
van een nest van spoken, huid die vuil wordt
aan een geopend venster, het spel het ritme bepaalt
en het kind in mij reeds altijd oud was
wijl het zich nu toch nog steeds misdraagt

dan, ja dan …
*********************
sunset 14-03-2020


lentevleugelend

grauwe gordijnen vallen
in fijne vouwen uit wolkenbergen
zoals sluiers in een wind
tot rokken opgebold

dáár kletsnatte werkelijkheid
op de rug van witte ruiters
die stralen in de avondzon

het murmelend gefluister van vogels
en verstommend kindergeluid vanuit het park
van boven valt een heel zacht licht

tussen de woorden ontwaakt traag de nacht
en een maan lacht mij lentevleugelend aan
*********************
sunset 14-03-2020


de zon staat reeds te stralen

de lente laat ons wandelen gaan
langs 't nieuwe groen, reeds op het veld
zweef jij als teder bloesemblad
en waar wij op veldweg staan
gebeurt het soms dat wij ons dan
in d' ogen zien, daarin verdrinken

jij kijkt omhoog en diep mij aan
de lucht nog fris, de huid nog koel
krijg ik door jou dat vlinderend gevoel
ga dichter op je toe
reageer heel graag op jou spel
en neem jouw handen in de mijne

leg hen dan zachtjes op mijn borst
waar wild het hart klopt en ook heet
warm ik je vingers met mijn adem
met elke polsslag vloeit de lust
draait d' urenwijzer snel in 't rond
wanneer jij mij verlangend kust
de zon staat reeds te stralen

sunset 15-03-2020


gekende lege ruimte

je blik naar voren werpend
via trommelende regenparels
tot avondlijke onweersstemming
in altijd schemerende structuren
toch telkens weer een nieuw bestaan
door overwonnen zwaartekracht
van zo vele omstandigheden
als blikseminslaande doorbraak
in alle weersomstandigheden
met dakwater gespijsd

voorgeprogrammeerd het pad
als gekende lege ruimte
van druppel op het blad
*********************
sunset 16-03-2020


ik slaap niet, droom niet

in het raam achter jouw schaduw
beginnen kakofonische reizen
zonder bijzondere voeten of schoenen

er staat een eenzame toren op een berg
met midden erin een spiegelzaal
daarachter nog meer spitse torens zichtbaar

achter mij barst glas in duizend stukken
en nog verder naar achteren een venster zonder ruit
- doornen zonder schaduw lijken op spiegels zonder glas

en hier sta ik, ben wakker edoch machteloos
slaap niet, droom niet
maar plant mij alvast de lente in mijn hoofd
*********************
sunset 16-03-2020


angst regeert het sociale leven

kleurloze blaadjes vallen in regenplassen
doorzichtige schaduwen sluipen om ons heen
terwijl het zweet over onze ruggegraat loopt

blikken trommels verkondigen liefde
nu stervende longen naar adem happen
hangt de geur van de dood in onze kleren

de winter eindigt als een verdwaalde vlinder
weldra verwaait zelfs het kleinste stofdeeltje
is handen geven nog steeds uit den boze

angst regeert het sociale leven
daar waar liefde ons veel beter past
*********************
sunset 17-03-2020


het regent nog steeds in mijn lijf

ik luister en voel de andere lijven
schreeuw levensangst uit, uit mijn pijnvolle ziel
schepsels verblijven in kelders van liefde
maar duister laat bloemen toch nimmer bloeien
verdord liggen zaadkorrels nu nog op hopen
in tuinen die immer zwart zullen blijven 

vluchtstappen opgeslokt door heel zacht drijfzand
en overal dromen in mintgroene mantels
vlinders zweven in nevelige ruimtes
muziek doorsnijdt de oranje stiltes
klanken laten gitaarsnaren springen
het bloed stroomt bruisend door mijn aderen

dof-luid klinken mijn eerste schreden
een uil hoest kuchend zijn stervende echo
vingers woelen onrustig door modder
laten tig houten paardjes springen
mieren slingeren hun pad door het woud
en lava druppelt op naakte huid

nu glijdt bewustzijn uit al mijn poriën
en regent het nog steeds in heel mijn lijf
*********************
sunset 18-03-2020


en verder helemaal niets

de taal vinden, de spraak
als een strijd met jezelf
geen boswandeling bij mooi weer
tegenwind waait je tegemoet
en het hagelt wanneer
je het, het minst vermoedt

geen je goed voelen
in het land van poëzie
liggen hele lanen er doods bij
wijl de mens er slechts is om te leven
en verder helemaal niets
bestaan wij toch in het werkelijke

het leven als wankele kunst
als ongezegd tussen woorden
reeds een komma verandert alles
en ik stort van de hemel op aarde
*********************
sunset 19-03-2020


voor even zorgen vergeten

paden onder levend lover
stilte, enkel onderbroken
door het gezang van vogels
’s middags over mij wolken
en een mild stralende zon

ik voel de aandrang te zwijgen
nu ik gretig het jonge groen drink
enkel ’t geluid van mijn stappen
in het zonne-gespeel tussen blaadjes
mijn ziel sluimert dromend zacht

woontorens beroeren de hemel
de stad zo dichtbij en toch ver
voor even zijn zorgen vergeten
*********************
sunset 19-03-2020


omdat ik intens van je hou

in de liefde zich verliezen
elke ademteug genieten
geluk door aderen laten stromen
en van ons steeds blijven dromen

zelfs de lakens niet meer voelen
en met lippen zich verbinden
tot je van verstand beroofd
enkel engelenzang gelooft

je met elke porie zegenen
over 't lijf zweet laten regenen
liefde als het eerst' gebod
tot in lengte van de tijd

god, wat hunker ik steeds jou
omdat ik intens van je hou
*********************
sunset 19-03-2020



bijna lege straten

over bijna lege straten
haasten zich gezichten
en ik, ik vertel hun verhalen
de stad zelf is karig met woorden
nu spraak zich verstop

de brieven aan d’ anderen
zijn reeds lang verjaard
in een herinnering
verblind door troebele blikken

[van dergelijke gevoelens
krijg ik het koud;
gisteren nog verleenden zij warmte]
*********************
sunset 20-03-2020



morgen wil ik niet vergeten

hoe vergankelijk toch dit leven
nu zovele unieke verschijningen
in dit bestaan zijn bedreigd
hoe simpel alle veranderingen
die het verdriet overstijgen
nu elk optimisme zwijgt

ik bekijk het ontwaken van dagen
met in mijn ogen alle gestelde vragen
waarop ik geen antwoord krijg
anders dan tranen die steeds blijven komen

en, toch wat betekent onze tijd
als je het vergelijkt met deze van een steen;
het enige dat op 't einde blijft
een wazig lachen op vergeelde foto's
als de geschiedenis van een verleden

morgen wil ik niet vergeten
hoe het gisteren was
*********************
sunset 20-03-2020



uren in een ademzucht

nu neemt de wind de as
van zonnebloemenkernen
en, heel terloops,
ook dat van ’t leven

eindelijk, maar niet verboden
de verte als toegestane vlucht
de uren in een ademzucht
bij 't fonkelen van sterren

vleugels voor over leegte
wijl nu de zon in huizen schijnt
de zee stil aan mijn voeten ligt
stralen violen in een nieuwe glans

romantisch bij een rode ochtenddans
en in de diepten van jouw ogen
*********************
sunset 21-03-2020



en nu jij naast me ligt

vandaag geurt nacht
heel intensief naar jou
en is jouw liefde
diep warm mij nabij

en nu jij naast me ligt
ik jou vertederend betracht
slaat luid mijn hart voor jou
vervul jij mijn verlangens

terwijl ik zacht de slaap inglij
droom ik dat 'k elke nacht
heel geurend met je vrij
*********************
sunset 21-03-2020


door het licht van lantarens
werpen bomen schaduwen op het voetpad
en de  verkeersborden op de bomen

een blad heeft zich verdwaald
in de sporen van vrachtwagens

sunset 22-03-2020


wandelen in zeeën en oceanen

door middel van geluidsgolven
paren de sterren
hun wijze van voortplanten
is afgekeken van de mensen
en net zoals zij, proberen zij
voldoende afstand te houden

er bestaan kind-sterren
met acht vaders en zeven moeders
[reeds bij de schepping
is deze ongelijkheid voorzien]
en waar ook zij zich raken
wordt telkens iets nieuws geboren

onder water groeien zij traag
zijn vanaf hun geboorte
met wijsheid gezegend
en mocht je me niet geloven
ga ’s nachts dan maar eens
in zeeën en oceanen wandelen
*********************
sunset 22-03-2020


de lente is er weer

zonnegoud waait door de dag
ik zie jouw beeld op 't wateroppervlak
zwanen glijden traag voorbij
zelfs een zwaluw roept naar mij

wind ruist zacht door 't jonge lover
dat als een danslied klinkt
de zon, nog heel voorzichtig
schrijdt statig door het blauw

een windstoot streelt mij over 't hoofd
draagt kraaien heel hoog in de lucht
reeds zie ik in 't getwijg
knoppen van gouden regen rijpen

helder wolkenloos de hemel
hoe ik me wend of keer
ondanks 't coronavirus
de lente is er weer
*********************
sunset 22-03-2020



ik voel het wit
gemengd met zwart
een druppel rood
en ook het zacht
een storm die raast
't fluisteren van wind
heel stil de nacht
op luide dagen
spel ik het woord
en traan heel stil

mijn wenen lacht
*********************
sunset 23-03-2020


het boek bladerde mij

onlangs, net voor het slapen
droomde ik mijn droom
en het boek bladerde mij
woord na woord, zin na zin
de inhoud geschreven
tussen alle regels
komma's en punten
lachend tot op het einde
de rest waren uitroep-
en vraagtekens gebleven
met op het laatste blad
de kleur van het niets

langzaam begon ik
het te begrijpen
********************
sunset 23-03-2020


vereend samen

overboord er blind induiken
je zinken laten en doorvloeien
passief - actief ombuigen
het anderen begrijpelijk maken

ideeënrijkdom vanuit
het onconventioneel heldere
de droge verveling als stroom
niets moet dan dankbaar geïnspireerd
heel enthousiast zijn

uit verborgen toegangen en andere
die niet bestaan behalve ingesnedene
wankele handenwringend toestanden
van het al dan niet voorhandene

vrijblijvend, onschuldig, schaamteloos,
van de nood een deugd maken
uit noodzaak ontsproten innovatie
voor een tijdkwaliteit - nu met elkaar,
niet solistisch maar vereend samen
*********************
sunset 24-03-2020


en toch

ik zie
eindeloos
water
geen vasteland
in zicht

ik ruik
leven
en dood
omwonden
door groen

ik proef
zout
zonder tranen
oneindig
geluk

ik voel
warmte
door vingers
glijdende
tijd

ik vind
evenwicht
tussen
ruisen
en luisteren

en toch
wil ik meer
*********************
sunset 24-03-2020


liefde

alles gaat op in rook
deuren, vensters
en alle idealen
kleren die slechts schaars
de huid bedekken

kinderen zitten rond een kampvuur
zingen liedjes die wij hen geven
in het flakkerend licht van de brandstapel
zweeft naakte waarheid naar de hemel

wie zal het wagen om op te staan
en weg te gaan naar een onzeker leven?
geen weg, geen doel
zelfs geen niets in het allemaal

er tekent zich vergiffenis af
voor zonden die nooit zijn begaan
en ik krijg tranen in mijn ogen
hoop dat de lach
snel zijn glans terug krijgt
wijl een schemerende gedachte
één enkel woord in herinnering schrijft

en ik stort me op dat woord
dat schitterend oplicht
voor ons allemaal een reddingsboei:
liefde
*********************
sunset 25-03-2020

 

zet de wind een ietsje luider
laat de regendruppels dartelen
in het duister neonlampen
zij versluieren ’t hartenat

woorden nog amper te lezen
weggeschreven in de mist
en de zilveren silhouetten
fluisteren lachend in een dans
*********************
sunset 25-03-2020


kijkend in de spiegel
schmink ik mij
een lach op het gezicht

vanuit de volheid
van gevoelens
kies ik mij datgene uit
dat mijn Zijn en Ziel
gescheiden houdt

omdat ik ben
wie ik al altijd was
*********************
sunset 26-03-2020


blijvend naar 't leven reiken

beslist is 't leven welgevuld
al kent het soms zijn pijn
blijft 't zachte dat ook bij mij hoort
het zijn dat 'k al jaren leid

een uil ben ik; eerder een oude elf
mijn hart herinnert mij aan dood
't verlies van 't allereerste kind
dat ik nog altijd onbegrijpelijk vind

en net als tijd van toen, in 't nu
blijf ik toch altijd naar dit leven reiken
*********************
sunset 26-03-2020


met ogen deze plotse zilveren vissen
ligt dag heel open daar in het verlopen
grauw de woorden stemmen geven
voordat de wimperslag de ogen kromt
laat afstand opgeheven in doorzichtig
blauw grijnzen zelfs diepste ravijnen
en 't leven kijkt welwillend en genadig toe
in zijn oneindige liefd' voor mij
zwelg in zijn macht en trek mij anoniem
discreet in 't schemerduistere terug
alsof ik tuimelend blind in twijfel
aan mijn eigen sterfelijkheid
zwaarmoedig naar de sterren kijk
waar ik mij wortel in 't intieme blauw
dat ik voor eeuwig deel

met jou
*********************
sunset 27-03-2020


eendrachtig redden wij het wel

een zee van tranen vloeit gestaag
zout schrijnt in d' open wonden
het leven is totaal verstoord
nu wij elkander mijden

want zij die lieven voelen pijn
gevangen in dees koude tijd
blijft er voor hen niet veel te kiezen

in onze angsten staan wij
handenwringend en vertwijfeld
vinden het juiste antwoord niet
hebben onszelf gegijzeld

toch mogen wij weer hopen
nu lentezon warm schijnt en fel
met in de luchten liefdeswolken
eendrachtig redden wij het wel
*********************
sunset 27-03-2020


weliswaar later

eind verleden jaar zagen wij de eerste voortekens al
’s nachts zag het zwart en enkel laat nog wat sterren
voor dat wolken uit het oosten zich in het beeld schoven

er werd ons tol gevraagd voor de komende tijd
en in de kelders van onze woningen
zochten wij naar dossiers die spraken over plaats en tijd

toen de wind draaide en de hemel opklaarde
vonden wij toestemming voor nieuwe geboortes
ondanks dat elke nieuwe dag kouder aanvoelde dan de vorige

en toen wij dachten dat de zon uitnodigend lachte
en ons elke voorzichtigheid deed vergeten
stierven wij, weliswaar later

maar nooit op de voor ons bestemde tijd
*********************
sunset 28-03-2020


zacht gloeit warm licht
in de kamer van verlangen
staat een kaars op de tafel
die eeuwig straalt

een tedere warmte
omhult mijn angst
en luide dag vindt rust
in liefdevolle geborgenheid
*********************
sunset 28-03-2020


liefde sterft nooit

ogen stralen naar elkaar
glanzen warm in 't ochtendlicht
rimpels van ons altijd lachen
sieren vrolijk ons gezicht

sinds wij onze liefde leven
kennen wij dit waar geluk
en elk teder heel zacht strelen
als bevestiging gegeven

verliezen wij ooit levensadem
gaat dees liefd' toch nimmer dood
leven wij in toekomst samen
in de kinderen van jouw schoot
*********************
sunset 28-03-2020


samen drinken wij geluk

wij lopen hartjes in het zand
verzamelen bonte schelpen
houden ons stevig bij de hand
staan enkel stil bij ’t kussen

dansen blootsvoets door het gras
omarmen alle bomen
wij neuriën zacht ons puur geluk
en plukken bloemendromen

bouwen ons een thuis uit liefde
ramen richting zon gericht
om 's nachts onder sterrenglans
naar muziek te luisteren

jij wiegt mij zachtjes als bij dans
omarmt mij liefdevol en teder
verlangen laat mij smachtend zuchten
ik vlij me bij jou neder

en samen drinken wij 't geluk
nooit raakt de liefdesbeker leger
*********************
sunset 29-03-2020


ook dit gaat voorbij

ik leef in een stad zonder leven
ook al zijn er geen grenzen hier
alleen een koele Noordenwind

’s nachts beangstigt het mij het meest
al ga ik beslist niet wenen
ook al zou het misschien helpen

ik laat ik niemand in mijn woning
want er bestaat geen enkel houvast
dit huis is als een eiland in een woeste zee

slechts de wind die alles in een vorm duwt
markeert het einde van de straat;
mijn huis blijft eenzaam en verdwenen
*********************
sunset 29-03-2020


branden dagen, ogen tranen

vermoeiden schrikken zich in dromen
zoet het slaaplied: geef ons winter
geef ons zomer, geef ons lente

na de ziekte heilzaam vuur
drogend eindeloze tranen
eindelijk rust en diepe slaap

ogen open in de ochtend
liggend op nog groene weiden
zonder hitte en geen hemel

branden dagen, ogen tranen
smeken warmte, smachten leven
smachten liefde, niet de dood
*********************
sunset 30-03-2020


winterse lentewandeling

bij mijn eerste stap naar buiten
kleven witte vlokjes op het raam
avondlijk de schemering
onder regen-zware grijze wolken
in steeds weer vervloeiende structuren
toch een altijd weer opnieuw ontstaan

een droevig zuchtend hopen
in alsmaar uitbreidende leegte
onvermoeibare handen
waterdruppels op een gloeiende plaat
*********************
sunset 30-03-2020


het zoenen al helemaal vergeten

velden niet meer dan verontreinigde percelen
wilde ganzen bakenen de hemel af
sinds dagen opent niemand meer brieven
nu duiven enkel nog broodstof pikken

tegen de ruiten wordt verstrooid geklopt
maar gelukkig ken ik de ligging van lijven
net als de zwanen op de oevers van vijvers
springen de kiemen van huis naar huis

als afdrukken van vleugels in kalksteen
of krijttekeningen  op stoeptegels  
nu promenades leeg zijn schrijven kranten

dat wij mondfilters moeten dragen
en voorlopig niet met blote handen
warme huid strelen noch aaien

het zoenen al helemaal vergeten
*********************
sunset 31-03-2020


ik plant geluk in de wind
over velden, door de stad
en reeds draagt het vrucht
zonder angst voor morgen
want leven stort zich op mij
als een lach deze dag
dat liefde zonneschijn is
gemakkelijk te bereiken
dichterbij dan gedacht
*********************
sunset 31-03-2020